Emmanuel Obiechina (editor), Onitsha Market Literature, African Writers Series Nr 109, Heinemann Educational Books, London, 1972
Het is een literaire curiositeit in de African Writers Series van Heinemann, maar dit boek behoort tot mijn favorieten. De teksten verzameld in deze bundel, variërend van melodrama tot advies voor jongvolwassenen tot regelrechte komedie, weerspiegelen wat gewone Nigeriaanse lezers aansprak. Ze komen van de balpennen van ongepolijste Nigeriaanse schrijvers – misschien analoog aan schilders die tegenwoordig als ‘outsiderkunstenaars’ worden geclassificeerd – die hun sociale omgeving interpreteerden, beoordeelden of eenvoudigweg erover fantaseerden.
Ze verschenen vanaf de jaren veertig in pamfletvorm, werden in Oost-Nigeria op tweedehandspersen gedrukt en goedkoop verkocht in kantoorboekhandels en marktkramen in Onitsha, een belangrijk commercieel centrum aan de rivier de Niger. De schrijvers lieten zich inspireren door pulpfictie uit India, door Hollywoodfilms en literatuursyllabi van middelbare scholen (veel Shakespeare). De pamfletten waren gericht op jongere, lokale lezers, van wie velen hun weg zochten in het moderne stadsleven en verlangden naar zelfhulptips en hijgerige verhalen doorspekt met erotische toespelingen en geweld. Sommige schrijvers van zulke pamfletten werden later bekend in de mainstream van de Afrikaanse literatuur, onder wie Cyprian Ekwensi, wiens boek Burning Grass onmiddellijk volgde op Chinua Achebe’s Things Fall Apart uit 1962, de eerste publicatie in de Heinemann-serie.
'Mannen, ik vertel je wat het betekent om een man te zijn'
Onder de drieëntwintig stukken in het boek zitten een paar toneelteksten met figuren als lokale leiders en hun ondergeschikten, manipulatieve politici en afvalligen. Eén script is duidelijk antikoloniaal: Escape, Arrrest and Martyrdom of Lumumba. En van de korte verhalen is er een wiens macho-verteller ('Mannen, ik vertel je wat het betekent om een man te zijn') zijn hallucinerende wandeling door het centrum van Lagos beschrijft, waar hij drugsverslaafden ontmoet, dagdroomt over succes, nadenkt over Hollywood-westerns en uiteindelijkeen politieagent omkoopt om een verkeersboete te vermijden.
Een aantal stukken waarschuwt potentieel eigenzinnige jongeren om de smalle paden van goed gedrag en succesvolle carrières te volgen. De stem van de moraalridder is te horen in teksten zoals Why Harlots Hate Married Men and Love Bachelors en van Money-Monger Girls waarvan de openingszin luidt: 'Pas op voor die meisjes die je vragen om veel dingen voor ze te kopen'. Het stuk Man Works Hard for Money adviseert 'de nutteloze man in de stad… weet niet dat geld moeilijk te verkrijgen is, maar gemakkelijk uit te geven.' In Trial of a Dangerous Man lezen we over het fictieve strafproces tegen 'Mr Vagabond' wegens godslastering en van het bijeenbrengen van een goddeloos ‘duivelsleger’. Het eindigt in een veroordeling en een bizarre straf: '72 weken lang een steen van een ton op zijn hoofd dragen en 50 jaar lang goed gedrag vertonen'.
Taalimprovisaties
In de jaren zeventig gaf ik een exemplaar van het boek aan mijn moeder, die Engelse literatuur en compositie doceerde. Ze beweerde ervan te hebben genoten, ondanks de grote vrijheden die veel teksten nemen bij de regels van de Engelse grammatica en syntaxis. Die improvisaties met de taal kunnen zowel spannend als grappig zijn. In een opdracht voor mijn moeder schreef ik voorin, refererend aan zinsneden die voorkomen in het vrolijke korte verhaal The Girl Rosemary: 'O chuckle you to laugh at this highest mediocre of acme' (misschien te vertalen als: 'O grinnik je om te lachen om dit hoogste punt van het middelmatige'). Vandaag de dag kan ik geen betere typering bedenken voor dit opmerkelijke, vertederende boek.
David Sogge maakte in 1965 voor het eerst kennis met Afrika en haar boeken. Hij ging toen in Malawi wonen en reisde vandaar naar Zambia, Congo en Zuid-Afrika. In 1968 deed hij onderzoek in Nigeria, maar hij kon niet naar Onitsha, destijds onderdeel van secessionistisch Biafra. Tot zijn pensionering werkte hij als coördinator en evaluator van ontwikkelingsprojecten, veelal in Afrikaanse landen.